Zou dit hem zijn?

Verwachtingsvol chatten en balen van de foto die verschijnt… of juist een vreselijk leuke foto tegenkomen en vervolgens niet weten hoe snel ik het bericht vol met spelfouten en koosnaampjes dat ik ontvang (wat? nu al!) moet verwijderen. Bij voorbaat al verloren. Ik moet natuurlijk wel kritisch blijven… Welkom in de wereld van het internetdaten.

Toegegeven: als je al een tijdje single bent dan wil je weleens wat. En stel, de liefde van je leven zit toevallig ook net die ene avond niet in de kroeg, maar schrijft zich in op zo’n datingsite. Of hij zit er al iets langer, maar dat zeggen we niet want dat is natuurlijk niet cool. Je valt nog net niet uit elkaar van enthousiasme bij het zien van zijn foto. Net zoals in de televisiereclame wissel je één zin uit, je spreekt af voor koffie en je leeft nog lang en gelukkig. Toch? Of draaf ik nu door?

Ook toegegeven: er zit best weleens een exemplaar bij dat in het echt net zo leuk is als online. En dan bedoel ik niet de man die de mooiste foto van zijn auto plaatst (mannen, serieus, wanneer leren jullie dat nou eens af) of een man die opsomt dat hij een knuffelbeer is en van hobby’s houdt. Ik wil een zekere intelligentie en humor proeven in zijn communiceren zonder standaard een vragenlijstje af te draaien als verplicht nummertje. Hoe meer humor hoe spontaner de date. En uiteraard wil het oog ook wat.

Maar de meeste dates zijn toch van het tegenvallende soort. Zo ook mijn laatste. Eigenlijk was hij al derde keus maar ik gaf het een kans, op zo’n site heb je nou eenmaal weleens met meerdere tegelijk contact (over keuzes gesproken). En stel nou hé, dat mijn ware gewoon achteraan die wachtrij blijkt te staan, geduldig wachtend, want: dat is ook een goede eigenschap.

Ik zie het al als hij aan komt lopen. Het is het slungelige type, ietwat stuntelig bij het begroeten. Vervolgens begint hij te praten. Over zichzelf. Heel veel. Mijn motivatie voor deze date zakt in als een plumpudding. Mag ik al naar huis? En ik probeer het echt hoor, die jongen verdient ook een kans, en hee, zenuwen zijn menselijk. De leukste onderwerpen moeten vast nog komen. Mijn gedachten dwalen af en ik hoor flarden van zijn gesprek dat hij met mij denkt te voeren: “…….het glazuur springt van je tanden…”…….”….ja en ik heb een soort van mannenkookboek gelezen…..”. Ik denk dat hij indruk probeert te maken met zogenaamde kookkunsten, ik knik en ik glimlach. En denk aan een andere date (met wie ik best zou willen koken trouwens).

Die date was namelijk veel leuker. Ontstaan vanuit oogcontact, kriebels, nog meer oogcontact, moeite doen, nadenken, lef hebben, afspreken. Met een ontspannen middag als uitwerking. Daar heb je blijkbaar (het bestaat nog!) helemaal geen datingsite bij nodig. Maar het kan wel. Ik denk dat ik voorlopig maar eens wat meer om mij heen ga kijken. In de supermarkt ofzo. Of wanneer ik op een bankje in het park zit. Terwijl ik dit stuk schrijf en mijmer over hoe een eerste date eigenlijk een vervolg krijgt.

#OS2012

Ik ben geen sportfan. Niet om te doen en eigenlijk ook niet om te kijken. Van de Olympische spelen vind ik turnen nog wel leuk maar nou ook weer niet zo dat ik aan de buis gekluisterd zit. Nou ben ik wel een Twitterfan en dus komt de hashtag #OS2012 onherroepelijk voorbij.

Ik ben te lui om uit te zoeken hoe ik dat blokkeer, en eigenlijk vind ik het stiekem ook wel leuk om te lezen, want ik blijf toch op de hoogte van de Nederlandse overwinningen. Nét of ik het echt kijk. Nou verbaast het mij hoeveel “ik-ben-ineens-een-sportliefhebber” mensen ik ineens volg. Het is net het EK, ineens lijkt iedereen fan. Ik kon vanmiddag van minuut, wat zeg ik, van seconde tot seconde volgen hoe Marianne Vos hoogstwaarschijnlijk ging winnen. Dat ging ongeveer in deze trant:

“Nou daar gaat ze”
“Kom op Marianne, je kunt het”
“Het is nog helemaal niet zeker dat ze gaat winnen”
“Met haar instelling wint ze gewoon goud, klaar”
“KOM OOOOOPPPPP!!!!”
“Zet m opppp!!!”
“Jaaaaaaaaa wat gaat ze goed”
“Ja….ja…ja! Ja!!!!!!!!!!!!!”
“Wat een geweldige eindsprint!!”
“Verdiend!!!”
“Wat blijft ze daar cool staan he”
“Och nou moet ik ook huilen”

En alles hierboven vertienvoudigd in diverse vormen en combinatie. Ik vind het mooi, sport verbroederd en ondertussen kijk ik lekker een of andere foute MTV-marathon. #oeps

Zomerkriebels

Tijdens de zomer die dit jaar maar liefst 5 dagen duurt hebben we natuurlijk hartstikke veel te klagen, namelijk:

  • Zweet dat uit plaatsen druppelt waarvan je niet wist dat het kon
  • Hoofdpijn omdat je een liter rosé de voorkeur geeft boven twee liter water
  • In de file naar Zandvoort staan terwijl je net verlost was van de spits
  • Oververhitte mensen ín die file
  • Au, want: vergeten in te smeren
  • De muur waar je tegenop loopt als je uit de airco komt
  • Lege handdoekjes die schaarse strandstoelen “bezet” houden
  • IJsjes die te snel smelten
  • Witte melkflessen die je moet tonen aan de buitenwereld
  • Drie keer per dag douchen
  • Plakkerige zonnebrand
  • Dertig graden in de slaapkamer
  • Zeven dagen barbecueën, wat denk je wel niet dat dat kost!
  • Met die hitte moeten rennen want er zit een wesp achter je aan
  • En bovenal: DIE KLOTEMUGGEN! In knieholtes… en onder voeten enzo

Zo. Wat erg he allemaal. Kuch.
En nu ga ik weer middenin de hitte op het balkon zitten want het is zalig, doei!

Mierikswortel

Soms heb je zo’n bui dat je heel culinair verantwoord eens iets nieuws wil koken, gewoon omdat het kan en niet alleen omdat er iemand langskomt of omdat het kerst is. Punt is alleen, als je een recept ergens vandaan plukt dan moeten er altijd 86 dingen in die je niet in huis hebt en waar je nog nooit van gehoord hebt. Wat appie niet kent vreten we niet, zeg maar.

Zo zocht ik mij ooit rot naar mierikswortel. Ik had geen research gedaan van tevoren dus ik wist eigenlijk niet waar ik moest zoeken. Is het een groente, is het kruid, is het een aardappel of moet ik misschien in de diepvries kijken? Het bleek in een potje te zitten, en het was wit. Toegegeven, het was best lekker. En ik was er nooit opgekomen. Nu weet ik pas dat het spul van een soort gemberachtige knol af komt.

Ik zou zo graag over de gave willen beschikken om een goed gerecht zelf te kunnen bedenken. Dat je toevallig een homp vlees in huis hebt en weet welke ingredienten daar lekker mee combineren, met een originele invalshoek en met de juiste zoetjes, zoutjes, zuurtjes en bittertjes. Dat je niet een pakje en een zakje opentrekt en zelfs geen kookboek. Zo at ik ooit in een sterrenrestaurant waar ik eigenlijk geen eten op mijn bord kreeg maar een mix van vlekjes, drupjes, stipjes, zalfjes en toefjes. En dan van alles bij elkaar een hapje nemen. En ik snapte het ook nog want het was heerlijk.

Misschien maar eens beginnen bij het inslaan van 86 soorten kruiden voordat ik mij een chefkok waan. Of gewoon in Italie gaan wonen, waar een goede pasta gewoon uit 4 ingredienten bestaat.
Even intelligent doen, voor de liefhebbers:  Recept

Koolhydrateren

Ik geloof eigenlijk niet zo in diëten. Volgens mij ben ik één van de weinige vrouwen die er echt nog nooit eentje heeft uitgeprobeerd en dat ook niet zo gauw zal doen.

Geloof mij, ik ben echt niet het type dat alles kan eten zonder een grammetje aan te komen, anders zou dit stuk schrijven natuurlijk wel een heel makkelijke bekritisering zijn. Zo van: “ah joh, gewoon 3000 calorieën op een dag doen, daar merk je heus niks van”.
Toen ik de 24 passeerde (ja er zijn van die ouderdomsgrenzen) en mijn eerste echte baan veroverd had, merkte ik aan mijn weegschaal dat de hele dag zitten -kuch, naast een snoeppot, kuch- niet echt bevorderlijk is voor de zadeltassen en taillegrenzen. En dan heb je ook nog van die lieve collega’s die het nodig vinden om elke week jarig te zijn en de heerlijkste zelfgebrouwen baksels voor je neus te zetten. Ik ben een gewillig proefslachtoffer kan ik je zeggen. Dus op deze punten snap ik jullie nog.

Maar met al die dieten om de taartpunten weer kwijt te raken kan ik weinig. Ik heb dus de illusie dat de vetjes door de snoeperijen komen maar als ik de gemiddelde vrouw moet geloven moet je heel andere dingen laten staan. Zo hoorde ik vandaag, toen ik heel lief een wat-eten-we-vandaag-suggestie aan iemand deed, dat koolhydraten de allergrootste boosdoeners zijn. Oke, snap ik, dan laat je af en toe een frietje of een vette lasagne staan. Nee… die krengen zitten dus in brood, pasta, rijst, aardappelen, fruit, bonen. Even serieus, dan kun je toch niks meer eten?

Mijn suggestie? Gewoon koolhydrateren. Met mate, maar ook met volle overtuiging. Net zoals alles met mate zou moeten, en soms ook even helemaal niet. Dus geniet van dat overheerlijke witte broodje met aardbeien, een goed bord mediterraanse heerlijkheid en een puntzak friet. Misschien iets minder voor de lijn maar o zo goed voor het brein.

Multimediaal

Via Twitter een DM krijgen of je je e-mail nog hebt gelezen waarin staat dat je de foto’s van dat ene feestje inmiddels op Facebook kunt bekijken waar we via Whatsapp de voorbereidingen voor hadden getroffen… (Feestje was ongetwijfeld real-life)